Webinar Duurzame mobiliteit: tussen scepsis en optimisme
De verduurzaming van mobiliteit gaat te traag. De klimaatdoelen zijn nog niet binnen bereik, de groei en kostendaling van elektrische auto’s stokken en niet iedereen kan zich al zo’n wagen veroorloven. En tegelijk zien sommige sprekers van het webinar ‘Op naar schoner rijden’ mooie vergezichten van ‘Heel Holland rijdt elektrisch’, nog tijdens dít leven. Een drieluik met visies over het recente verleden, het beleid van nu en dat van de toekomst.
Het hele webinar is te bekijken op YouTube en te beluisteren op Spotify
Tot nu toe: Nederland wereldkampioen elektrisch
Gespreksleider: Ed Nijpels, voorzitter Voortgangsoverleg Klimaatakkoord. Tafelgasten: Steven van Eijck (RAI Vereniging, via zoom), Auke Hoekstra (expert elektrisch rijden TU Eindhoven), Henk Stipdonk (directeur KIM Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid).
Aan goede bedoelingen heeft het terrein van mobiliteit (of moet je zeggen: bereikbaarheid?) geen gebrek. Ook weet iedereen welke kant mobiliteit op moet richting 2050, namelijk geheel klimaatneutraal. “En dat begint bij minder mobiliteit,” zegt Steven van Eijck, tevens voorzitter van de Mobiliteitsalliantie, een breed palet met vervoersbedrijven, werkgevers en organisaties zoals ANWB en Fietsersbond. “Wij proberen over één kabinetsperiode van vier jaar heen te kijken, en hebben daarbij een gemeenschappelijk belang: kijken hoe we ons in de toekomst verantwoord verplaatsen.”
Tot nu toe gaat de ontwikkeling van elektrische auto’s nog niet zo slecht. Integendeel. Nederland is bijvoorbeeld ‘wereldkampioen laadpalen’ met de hoogste dichtheid per 1000 inwoners en vertoonde in afgelopen jaren een sterke groei van aantallen elektrische auto’s. Auke Hoekstra: “Dat levert nu de grootste klap in de verduurzaming, want 80% van de persoonlijke vervoerskilometers over land nu gaat per auto. We hebben ook de internationale standaard gezet voor laadpalen; ik waan me in luilekkerland.”
Maar de verkoop van nieuwe elektrische auto’s in 2021 zakte in en de eerste maanden van 2022 tonen ook een minder goed beeld. Hoekstra blijft optimistisch door zijn wetenschappelijke bril kijken. Voor elk probleem heeft hij een oplossing. “Een laadpaal drie dagen bezet houden als je auto allang opgeladen is? Gewoon een tarief op zetten, dan leer je dat wel af. Veel mensen laden hun auto nu ook maar eens in de drie dagen op. Een kilometerheffing pas in 2030? Niks hoor, track-and-trace met GPS-kastjes in de auto kan veel sneller, en ook eenvoudiger dan bijvoorbeeld Italië of Frankrijk nu doet.” En zijn prognose over wanneer de elektrische auto goedkoper gaat worden dan de benzineauto? “Dat wordt waarschijnlijk ergens vanaf 2026.” Waarmee Hoekstra iets gereserveerder is dan Van Eijck, die dat al in 2024 ziet gebeuren. Hoekstra: “We zullen een overgangsperiode van vijftien jaar nodig hebben. Maar in 2030 kan je een benzineauto hier niet meer aan de straatstenen kwijt.”
Opvallend is de eensgezindheid onder de sprekers over ‘betalen per kilometer’, zoals aangekondigd in het Coalitieakkoord. Dat moet ook voor elektrische auto’s gaan gelden, vindt het kabinet, en wel per 2030. Er moet immers een andere inkomstenbron worden gevonden voor de benzineaccijns, die nu nog 7 miljard € per jaar oplevert. Dat systeem kan aanzienlijk eerder worden ingevoerd dan in 2030, vinden de meesten, maar Henk Stipdonk hoopt wel dat we voldoende tijd nemen om een slim systeem in te voeren. “We kunnen met zo’n systeem sturen op inkomsten, maar ook op de milieu-effecten. Het is jammer dat het voornemen nu is om geen onderscheid te maken naar type voertuig.” Dat zou een extra stimulans zijn, en dat is hard nodig, vindt Stipdonk: “Want het lijkt soms wel alsof mensen denken dat de vergroening vanzelf gaat, maar een beetje dwang is nodig.”
Stipdonk vindt ook meer aandacht naar de andere vervoersvormen nodig. “Het KIM doet daarnaar nu onderzoek: Wat zijn de beste manieren om ook de scheepvaart, de luchtvaart en het vrachtverkeer te vergroenen? Dat is ontzettend belangrijk. Om wat te noemen: in de lucht leggen we 100 miljard kilometer per jaar af, dat is meer dan met de auto!”
Het beleid: Er moet een tandje bij
Tafelgasten: Rogier Kuin (Hoofd public affairs Bovag), Geordie Kooiman (Teamleider mobiliteit ANWB), Peter Soonius (Programmaleider mobiliteit Natuur en Milieu).
Het beleid voor elektrische auto’s was tot nu best stevig, met een lage bijtelling, subsidies, laadpalen. Maar het Coalitieakkoord jaagt de aanwezigen vrees aan. Er moet echt ‘een tandje bij’, zegt Peter Soonius. “Als we in 2025 geen elektrische auto’s meer steunen, zitten we nog met een gat tot 2030, wanneer alle nieuwe auto’s emissieloos moeten zijn. Je ziet het aandeel elektrisch nu al terugvallen. En je mag hopen dat we wereldkampioen laadpalen blijven, maar dat is ook niet gezegd.”
Geordie Kooiman valt hem bij: “Alle prognoses zeggen dat we het doel voor 2030 niet gaan halen. De aanschafsubsidie is ook voor 2022 op zich ok, maar nu al halverwege uitgeput. Maar de bijtelling is te hoog. En de tweedehandsmarkt komt ook niet van de grond. Dus we zijn er nog een eind van verwijderd dat elektrisch rijden voor iedereen haalbaar wordt.” Soonius: “Het zou helpen als we in 2025 de zakelijke markt verplichten om geheel elektrisch te zijn. Dan gaat de particuliere markt ook sneller. Dan bereiken we misschien dat kantelpunt waarbij mensen zeggen: Kijk, de buren hebben er ook een!”
De andere manier van ‘emissieloos rijden’ (op biogas, waterstof of synthetische brandstoffen) gaat de verduurzaming van de mobiliteit niet redden, is de unanieme mening. Soonius is daarin het meest beslist, want Natuur en Milieu wijst biobrandstof af. “Er is een Europese verplichting om minimaal 10% bio bij te mengen in E10 benzine, maar dat is niet nodig. Wij blijven dat ter discussie stellen. Laten we de duurzame biobrandstoffen eerder gebruiken voor de binnenvaartvaart. Synthetische brandstoffen kosten te veel energie, en ook in vrachtverkeer komen de e-trucks eraan.”
Rogier Kuin kan wel vinden in de visie dat mobiliteit op de lange termijn zonder biobrandstof kan, maar niet binnen tien jaar. “Zeker met de aanscherping van de Europese plannen gaan we de doelen voor 2030 zonder biobrandstof niet halen. Daar lijkt nu wel een taboe op te liggen, terwijl we met reststoffen heel veel biobrandstof kunnen maken. De beeldvorming is negatief, maar de sector maakt stappen met duurzame biobrandstoffen.”
De ANWB heeft begrip voor Natuur en Milieu maar wil biobrandstoffen nog niet afserveren, zegt Kooiman: “Het is wel een hoofdpijndossier, maar zeker als je ziet dat een groep consumenten niet mee kan doen—en wellicht met biobrandstof wel—moeten we daar niet te makkelijk overheen stappen."
De toekomst: Het roer moet om
Tafelgasten: Floor Alkemade (hoogleraar TU Eindhoven), Tessa Dool (Jonge Klimaatbeweging), Tamara Boonstra (Coördinator Coalitie Anders Reizen).
Elektrische auto’s trekken nu de kar, maar die vormen maar een deel van duurzame mobiliteit. Daarin moet het Rijk toch echt het voortouw nemen, vinden alle tafelgasten, elk vanuit het eigen perspectief. Floor Alkemade: “Technologie is belangrijk, maar we hebben ook een systeemverandering nodig. Denk aan concepten zoals de compacte stad, de 15-minuten-stad: Daar willen de gemeentes de auto de stad uit, maar dan moet er wel een alternatief zijn. Dus al als je zo’n wijk bouwt. Rijk, bedrijven en gemeentes moeten het voortouw nemen om het systeem om te gooien. Maar ik zie nog te vaak dat zoiets niet gebeurt omdat er versnippering plaatsvindt. Iemand doet mobiliteit, een ander energie, een derde de kostenefficiëntie. De landelijke overheid wil niet dwingen, maar is daarin veel te terughoudend. Nu zouden we de voordelen van de lockdowns met het thuiswerken moeten zien te behouden.”
Tessa Dool ziet dat haar generatie daar wel voor te porren is. “Hybride werken, niet meer van 9 tot 5 naar kantoor, anders verdelen van werk: dat zou allemaal kunnen bijdragen aan een nieuwe balans die de auto een kleinere rol geven. Dat is nodig, want naast de uitstoot zitten we ook met vragen als: Zijn er voldoende grondstoffen? Nemen al die auto’s niet enorm veel ruimte in? En een elektrische auto is ook niet zonder milieuproblemen. Dus laten we meer denken in termen van deelauto’s, parkeerhubs aan de rand van steden. Dat is lastig, want het vraagt om normverandering. De auto staat voor veel mensen nog voor ‘vrijheid’.”
Van hybride werken ziet Stipdonk overigens maar weinig effect: “Uit onderzoek blijkt dat het netto-effect van thuiswerken de groei van het autogebruik maar met 2% dempt, en de groei van het OV met 6%. Al werkt spreiden van begin en eindtijd wel positief voor minder files.”
Ook Tamara Boonstra verwacht in de komende jaren meer regie van de rijksoverheid. “Bij de Coalitie Anders Reizen zijn nu 70 organisatie en bedrijven aangesloten met meer dan 500 werknemers. Die werken aan nieuwe, flexibele concepten voor woon-werkverkeer, zakelijk en internationaal verkeer. Maar nog steeds voeren 6 van de 10 werkgevers daarin helemaal geen beleid. De afspraken in het Klimaatakkoord zijn niet voldoende. Soms ook worden er verkeerde prikkels ingezet. Zo gaat de kilometervergoeding voor auto’s omhoog van 19 naar 21 cent. Stimuleer de e-fiets, en gedrag dat daarbij hoort.”