Stormen en zonpieken domineren februari
De onstuimige februaridagen en de zonnige periode eind van de maand zorgden voor nieuwe records bij opwek van hernieuwbare energie. Februari noteerde een record windopbrengst. De laatste twee dagen van de maand produceerden ook de zonnepanelen per dag meer dan de topdag in hartje zomer 2019. De totale productie van hernieuwbare energie lag 24 procent hoger dan de vergelijkbare maand vorig jaar. Dit blijkt uit de maandcijfers van Energieopwek.nl
Wind zorgde deze maand voor 3,6 TWh productie. Dat is anderhalf keer wat de Nederlandse huishoudens aan stroom nodig hebben. De zonproductie verdubbelde naar een ruime 0,5 TWh. Biomassa leverde het grootste deel, maar wel iets minder dan vorige maand. Dat komt ook omdat februari een korte maand was.
Tijdens een storm worden windmolens soms uit veiligheidsoverwegingen stilgezet. Omdat het tussen de stormen hard bleef waaien, werd er toch veel energie geoogst. Voor wind op land was het dubbel zoveel als februari vorig jaar, terwijl het opgestelde vermogen ‘slechts’ 20 procent hoger lag.
Eunice extreem voor opwek
Eunice, die op 19 en 20 februari over ons land raasde, was extreem. Bijna alle windmolens op zee en op land gingen in de veiligheidsstand. Soms wel 10 tot 12 uur. Normaal wordt de stilstand in de ene regio opgevangen door goede productie in een andere regio. Tijdens het afschakelen door Eunice moesten de gas- en kolencentrales echter flink bijspringen.
Piek door zon en panelen
Eind van de maand maakte de wind plaats voor een paar dagen overvloedige zon. Zowel op 27 als 28 februari leverden de panelen bijna 50.000 MWh/dag op. Dat was 15 procent van het totale elektriciteitsverbruik in Nederland, of 3 procent van het finale energieverbruik. De productie lag op deze topdagen hoger dan de piek in de zomer 2019. Deze top had twee oorzaken. Er was op deze februaridagen veel zon en er liggen nu drie keer zoveel panelen als in de zomer van 2019.
Het absolute dagrecord aan zonne-energie is van 1 juni 2021. Toen werd er 80.000 MWh opgewekt. De verwachting is dat de records dit jaar weer gebroken worden.
Meer hernieuwbare stroom
Nog nooit eerder was het aandeel hernieuwbaar in de stroomproductie zo hoog als deze maand. Het kwam uit op 44 procent. Fors meer dan de 30 procent vorig jaar. De windproductie was de grootste leverancier.
Het Klimaatakkoord streeft naar minimaal 70 procent hernieuwbare stroom in 2030. Het Planbureau voor de Leefomgeving schat in dat het op 75 procent kan uitkomen.
LET OP: Energie en stroom verschillen
Hernieuwbare stroom is slechts een deel van de totale hernieuwbare energie. Het finale energiegebruik in Nederland bestaat uit drie onderdelen; warmte, 55 procent (vooral gebouwen en industrie), transport, 25 procent (vooral wegverkeer en vliegverkeer) en stroomverbruik, 20 procent.
Door electrificatie van de industrie, vervoer, koken en verwarmen zal het aandeel electriciteit groeien. Het PBL berekent dat dit in 2030 ongeveer uitkomt op 24 procent van het finale gebruik. Daarvan is dan 75 procent hernieuwbaar. In die berekening zit nog niet de aangekondigde extra 10 GW wind op zee.
Alle bronnen
Energieopwek.nl is ontstaan bij het Energieakkoord en is nu onderdeel van het Voortgangsoverleg Klimaatakkoord. Het is een samenwerking met EnTranCe/Hanzehogeschool Groningen, Tennet, Gasunie en Netbeheer Nederland. De site laat actueel zien wat er in Nederland aan duurzame energie wordt opgewekt.
Op Energieopwek zijn alle erkende vormen van hernieuwbare opwekking te volgen. Onder andere de bijdrage van warmtepompen en biomassa waaronder houtstook thuis. Per bron is te zien wat de bijdrage is en ook hoe dit zich verhoudt tot het totaal van de hernieuwbare opwekking. De site heeft tot doel een feitelijk beeld te geven van waar Nederland staat bij de verduurzaming.