Onverminderde ambitie in regionale energieplannen

De eerste officiele Regionale Energie Strategieën (RES) van 30 regio's komen nog altijd ruim uit boven de afspraak uit het Klimaatakkoord om in 2030 minimaal 35 terawattuur aan zonne- en windenergie te produceren. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) gaat nu analyseren wat al deze plannen werkelijk waard zijn.

Deadline

Vandaag, de deadline voor indienen van de RES1.0, maakte het Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NPRES) bekend dat 26 regio’s hun plannen voor het zomerreces hebben laten goedkeuren door de betrokken provincies, gemeenten en waterschappen. Vier regio’s publiceerden wel hun RES1.0 maar liepen om uiteenlopende reden vertraging op. Zij ronden dit proces dit najaar af.

Een kille optelling maakte duidelijk dat alle regio’s samen ongeveer 55 TWh aan plannen indienen voor zon en wind. Dat is zelfs nog 2,5 TWh hoger dan bij de concept-RES’en van oktober 2020. Hoeveel van die rijpe en prille plannen realiseerbaar zijn zal het PBL in de komende zes maanden gaan bekijken.

Netten

Het doel van 35 TWh uit het Klimaatakkoord lijkt echter binnen bereik. Dat zal veel vragen van het elektriciteitsnet, maar de netbeheerders zeggen dat 35 TWh duurzame opwek op land haalbaar is, “mits alle partijen nu samen de RES-opgaven concretiseren en uitvoeringsprogramma’s opstellen voor het aanpassen, ruimtelijk inpassen en realiseren van infrastructuur.” Deze week bepleitte Ed Nijpels van het Voortgangsoverleg Klimaatakkoord een spoedwet om de netbeheerders daarvoor ook ruimte te bieden.

Uitdaging

In aanloop naar de RES1.0 is “er echt een beweging op gang gekomen,” zegt Kristel Lammers, directeur van het coördinerende NPRES. “Het waren intensieve gesprekken, maar de ambities zijn onverminderd."

Daarnaast geeft zij aan dat er nog belangrijke uitdagingen zijn, zoals het vinden van een goede balans in het energiesysteem, het inpassen van duurzame energieopwek als integraal onderdeel van de ruimte en de betrokkenheid van burgers. De Participatiecoalitie reageerde op de plannen dat bewoners beter moeten worden betrokken en dat natuurwaarden beter moeten worden gegarandeerd, in aanloop naar uitvoering van de plannen.
 

Normen windparken

Onduidelijk is ook nog het effect van de uitspraak van de Raad van State dat de rijksoverheid terug moet naar de tekentafel om nieuwe milieunormen voor windparken vast te stellen. “Die uitspraak is een dag oud, ik weet niet hoe dat doorwerkt,” zei Jop Fackeldey, gedeputeerde in Flevoland en voorzitter bij de gezamenlijke provincies over het onderwerp energie en klimaat. “Sommige plannen zullen waarschijnlijk zo ver zijn geweest dat ze vertraging oplopen. We zijn er dus nog niet. We moeten het gesprek intensiveren. Maar er ligt nu een fijnmazig netwerk in de regio’s, en dat moeten we vooral intact laten.”

In december komt PBL met de analyse van alles plannen. Op basis daarvan kunnen de regio’s verder, op weg naar de volgende versie van de RES. RES2.0 staat gepland voor 2023.